Bart Heller
Bart Heller Foto: Bastiaan Miché

Buurt mag meepraten over ontwerp trafostations, maar Liander en gemeente bepalen locaties

Vervolg van de voorpagina

Wanneer bepaalde wijken aan de beurt zijn voor plaatsing van nieuwe trafostations worden bewoners vooraf geïnformeerd. Ook vindt er dan een informatiebijeenkomst plaats. Duidelijk is al wel, benadrukt wethouder Bart Heller, dat in de aanloop naar zo'n bijeenkomst de locaties voor deze 3,6 bij 2,11 bij 2 meter grote trafostations vaststaan. Dat heeft te maken met de technische eisen die Liander stelt aan locaties, in combinatie met alle afwegingen rondom de ruimtelijke inpassing uit het afwegingskader waaruit één locatie volgt.

In dat afwegingskader heeft de gemeente de thema’s opgenomen die bij de locatiekeuze van trafostations een rol spelen. Het omvat een set aan thema’s dat bekeken, besproken en afgewogen wordt om tot een zorgvuldige locatiekeuze te komen. "Het is geen kant-en-klare checklist, omdat de ene keer het ene thema en de andere keer het andere thema prevaleert", aldus Heller. "Echter, de technische eisen die Liander stelt blijven sterk maatgevend. Uit alle afwegingen volgt één locatie. Daarom zal participatie in de locatiekeuze niet mogelijk zijn."
Per brief krijgen de bewoners per buurt informatie over de nieuwe locaties. Soms gaat het om minder zichtbare plekken of plekken in een groenperk. Deze worden afgewerkt in kleur dennengroen met beplanting. Op andere meer zichtbare locaties is er een keuze te maken.

Wanneer een trafostation in de directe leefomgeving van bewoners komt (denk hierbij aan directe zichtlijnen van bewoners dan wel dicht bij woningen) dan hebben de directomwonenden inspraak op vijf basisontwerpkeuzes: kleurafwerking kiezelgrijs, kleurafwerking antraciet, kleurafwerking dennengroen, steenstrips in de kleur van in de directe omgeving gelegen bebouwing of indien er voldoende ruimte voor is, kan groenafwerking gekozen worden (border met beplanting, geen hoge dichte heggen vanwege veiligheid). Een voorkeur uitspreken kan dan zowel tijdens de inloopavond als via een digitale enquête. In ongeveer 50 procent van de te plaatsen trafostation zal dit het geval zijn, verwacht Heller. Vanaf de start van de communicatie in een buurt duurt het, in verband met levertijden van materieel, ongeveer één jaar voordat de trafostations daadwerkelijk geplaatst worden.
De wethouder ging tevens in op de door de gemeenteraad breed gesteunde motie van onder meer D66 waarin werd gepleit voor ‘beeldschone elektriciteitshuisjes’. Daarbij gaf raadslid Jos van Nistelrooij aan dat Liander hier ook afspraken over had gemaakt met de gemeente Amsterdam. Het raadslid dacht daarbij aan een ontwerpwedstrijd onder ontwerpers en eventueel bewoners hierbij te betrekken. "Laten we als Hilversum onze openbare ruimte mooi houden en zorgen voor beeldschone elektriciteitshuisjes die passen in hun omgeving", aldus Van Nistelrooij.

Heller was bij het indienen van de motie begin deze maand enthousiast over het idee, maar komt hier nu op terug. Er is eenvoudigweg gewoon geen geld voor. "In enkele gevallen is een Dudoksteenstrip of kunst op het trafohuisje denkbaar," laat hij weten, "mocht daar vanuit de buurt initiatief en draagvlak voor zijn." Echter, een ander type steentrip (Dudokformaat) kost al gauw 5.000 euro per trafostation en kunst erop plaatsen circa 7500 euro per trafostation. Helemaal onmogelijk is het bouwen van een soort omhulsel om een trafostation, wat leidt tot een bouwwerk. De kosten daarvan lopen namelijk op van circa 25.000 tot 100.000 euro.