'De politiek moet de mens
meer centraal stellen'
HILVERSUM - Een politieke carrière op het Binnenhof past binnen zijn ambitie én zijn missie. Zijn naam prijkt al op de kandidatenlijst van de PvdA, al realiseert Saami Akrouh zich goed dat een Haags avontuur met een plek net bij de eerste zestig sociaaldemocraten nu nog te vroeg komt. Hij is pas 25 en krijgt nog tijd genoeg om zijn doel te behalen, want in de politiek moet de mens meer centraal komen te staan.
Papier is te vaak leidend in het politieke debat. Wat er in rapporten, overeenkomsten en onderzoeken staat voert de boventoon in de raadzaal, vindt de PvdA'er. Daarnaast is Akrouh van mening dat het in Hilversum te veel over stenen en organisaties gaat. Hij noemt het zojuist opgeknapte marktplein, de aangewakkerde discussie over het stationsgebied en dan volgt binnenkort ook nog de vraag: wat te doen met de Kerkbrink? "Ik zie echt veel misgaan, ook in Hilversum", meldt de PvdA'er. Als voorbeelden geeft hij de slechte communicatie van de gemeente naar de inwoners, Sociale Zaken en het welzijnswerk. De discussie over Versa Welzijn vindt hij een goed voorbeeld van de verkeerde gang van zaken in Hilversum. "Het welzijnswerk moet op een andere manier worden ingevuld. De buurten en de inwoners moeten meer verantwoordelijkheid gaan nemen, met Versa op de achtergrond. In de tussentijd ziet de welzijnsorganisatie de geldkraan in twee jaar helemaal dichtgedraaid worden. Daarbij krijg ik schrijnende gevallen van medewerkers en inwoners te horen." Een hervorming klinkt uit het raadhuis. Een kille bezuiniging meent Akrouh.
"Ik mis de maatschappelijke discussie", geeft hij aan. "We gaan bezuinigen op Versa, maar bijna niemand die zich afvraagt wat dat nou betekent voor de medewerkers." De PvdA'er stelt zich de vraag of Hilversum überhaupt mensen met flexcontracten (in)direct in dienst wil hebben. "Die discussie heb ik echt niet gehoord. Daar moeten we wezenlijk meer de diepte ingaan. Dat vind ik jammer. Er moet meer ruimte komen voor het maatschappelijke debat. Onze agenda is ook te vol. Hierdoor wordt de prioritering anders. Sommige onderwerpen die belangrijk zijn voor de inwoner doen wij af als hamerstuk, omdat er nauwelijks tijd voor is."
Een gevaar van een overvolle agenda is dat de politiek in thema's gaat denken. "Zo krijg je vaak te horen dat we nu alleen beleidsplan X behandelen, terwijl andere thema's dezelfde mensen raken." Hij pleit voor een integrale aanpak van de problemen. "Dan hoor je mensen praten over het thema werkloosheid, participatie of armoede. Veel van die thema's raken dezelfde mensen", zegt hij. "Dat moeten we echt rechtzetten. De mens moet centraal staan. Het gaat niet om losse thema's."
Voor wie doe je iets? Voor welke personen zet je je in? Akrouh heeft het idee dat die vragen amper nog aan bod komen in de huidige politiek. "Ik zit niet voor mezelf in de raad. Ik ben volksvertegenwoordiger en wil dus iets betekenen voor de samenleving. Een verschil maken in iemands persoonlijke leven, daar gaat het om. Ik zie dat echt te weinig terug", merkt de sociaaldemocraat op. De PvdA'er zegt dat hij zich stoort aan de houding en mentaliteit van landelijke en lokale politici. "Laatst gaf iemand aan dat diegene erover mee kon praten, want diegene fietst er elke dag langs. Ik dacht echt: ja, dus?!" Feeling hebben met de samenleving is een must. Het is echter een gebrek dat steeds vaker voorkomt, aldus Akrouh.
De balans is compleet zoek. De afspraken in het raadhuis slokken veel tijd op, terwijl de voelsprieten vol aan horen te staan in de Hilversumse gemeenschap. "We zijn allemaal druk. We vergaderen drie of vier keer per week en laten ons dicteren wat er op papier is gezet. Maar we moeten juist meer naar de mensen toe", is zijn overtuiging. Contact hebben en onderhouden met de samenleving: dat is de essentie van hoe Akrouh het raadswerk invult. "Daardoor zie je vaak het verschil met hetgeen op papier is geschreven en hoe Hilversummers het zelf ervaren." Zelf zit hij om de twee weken in wijkcentrum St. Joseph waar hij een spreekuur houdt. Hij doet ombudswerk en zegt ook regelmatig in zijn eigen wijk bij bewoners aan te bellen met de vraag wat hij voor ze kan betekenen of waar zijn buurtgenoten tegenaanlopen.
'We vergaderen een paar keer per week en het papier is leidend'
Akrouh is geen groentje meer op het politieke toneel. Inmiddels is hij zeven jaar raadslid in Hilversum. Met zijn 18 jaar was hij er vroeg bij. De jonge Hilversummer zegt dat hij uit een politiek nest komt waar het debat altijd centraal stond. Maatschappelijke betrokkenheid en beargumenteren is er met de welbekende paplepel ingegoten. Dat hij politiek actief is geworden, heeft eveneens te maken dat hij in zijn jeugd zijn buurten heeft zien veranderen. Akrouh groeide op in Oost en is later verhuisd naar Noord. De wijken zijn niet sociaal meer. Zo is contact met de buren een zeldzaamheid. De verloedering is daar hard opgetreden en een school waar hij vroeger een van de weinige jongens was van buitenlandse komaf is nu een zwarte school geworden. Daar wil hij graag wat aan doen.
Zich willen inzetten voor een ander heeft hem naar de Hilversumse raadzaal gebracht en wellicht in de toekomst naar de Tweede Kamer. Akrouh haalt de bekende 'I have a dream'-speech van Martin Luther King aan. De bekende rede van King is voor hem een inspiratiebron. "Hij zei dat hij droomde dat zijn kinderen ooit aan dezelfde tafel konden zitten met blanke kinderen, dat er geen onderscheid gemaakt wordt. Die speech is nog steeds actueel. Misschien wel actueler dan ooit. Ik droom van een samenleving waar kwaliteit vooropstaat en waar het bijvoorbeeld niet draait om wat je afkomst is. Als we dat hebben bereikt dan is Nederland voor mij compleet. Dat is een missie, en daarom wil ik de landelijke politiek in", legt de Hilversummer uit.
