Christien Schut en Mounir Fattal zijn op zoek naar vrijwilligers die nieuwkomers de Nederlandse taal willen leren.
Christien Schut en Mounir Fattal zijn op zoek naar vrijwilligers die nieuwkomers de Nederlandse taal willen leren. Foto: Karin van Leeuwen

Nederlandse taal leren is voor nieuwkomers de sleutel tot contact

Het taalcoachproject van Vluchtelingenwerk is een groot succes. Zowel voor vrijwilligers als nieuwkomers. Coördinatoren Mourir en Christien leggen uit waarom.

Hilversum Mounir Fattal had maar wat graag zelf een taalcoach willen hebben toen hij twintig jaar geleden uit Syrië naar Nederland vluchtte. "Als je uit het Midden-Oosten komt is Nederlands ingewikkeld. De woorden, de zinnen, ze lijken in niets op het Engels. Het leren van de taal in het land waarin je verblijft is belangrijk om in te burgeren. Het is de sleutel tot contact", weet Fattal. Samen met Christien Schut coördineert hij het taalcoachproject van Vluchtelingenwerk.

Twee dagen per week, op de dinsdag en donderdag, bemannen ze het kantoor op de Orchideestraat in Hilversum. "Ik kan wel de hele week werken aan dit project, dat is echt geen probleem. Maar er zijn zo veel andere activiteiten die ik ook leuk vind om te doen en waarvoor ik graag tijd wil vrijmaken", lacht Schut.

Vorig jaar mei zette zij haar schouders onder het taalproject. Koppelde Nederlanders aan nieuwkomers die huis en haard verlieten en naar ons koude kikkerlandje vluchtten.
"En daar sta je dan, op het perron. Een koffer in je ene hand, je burgerservicenummer in je andere. Je verstaat geen woord van wat de mensen tegen je zeggen. Je snapt niets van de gewoontes die er in het land heersen. Neem maar van mij aan dat dat niet makkelijk is", schetst Schut.
Fattal weet inderdaad als geen ander hoe dat voelt, aankomen in een land dat je niet kent. Vandaar dat hij samen met Schut een gouden duo vormt. Hij weet wat vluchtelingen doormaken en hij spreekt de taal van velen. Bovendien kan hij ze ook in het Frans te woord staan. "Die taal spreek ik namelijk ook vloeiend", zegt hij trots. Het maakt het voor Schut zo veel makkelijker dat hij als haar collega en tolk kan optreden.

Kennis overdragen

"Wat wij doen, is iemand die het leuk vindt de Nederlandse taal aan een ander over te dragen, te koppelen aan een nieuwkomer. Die onze taal al leert spreken, maar meer wil oefenen. Het is niet nodig dat coaches een onderwijsachtergrond hebben of een studie Nederlands hebben afgerond. Ze moeten het leuk vinden een ander te helpen. Twee uur per week een jaar lang", legt Fattal de procedure uit.

Een coach heeft veel te bieden: taal, cultuur, zijn netwerk en soms zelfs vriendschap.
"De deur van het warme Nederland openzetten maakt het verschil. Niet blijven foeteren voor de tv als je een stroom vluchtelingen ziet aankomen en vindt dat het allemaal anders moet. In plaats daarvan je hulp aanbieden. Dat maakt gelukkig."

Naar de markt

De wekelijkse ontmoetingen worden meestal bij de nieuwkomers thuis gehouden. Van daaruit kan het koppel bijvoorbeeld naar de markt, de hei, de bibliotheek. In veel gevallen ontstaat er een vriendschap tussen de taalcoach en nieuwkomer. Een mismatch komt heel zelden voor. Daar zorgen Fattal en Schut voor.
"We koppelen mensen niet zomaar een jaar aan elkaar. Door ze precies een jaar met elkaar op te laten trekken zit er een kop en een staart aan. Zo kunnen mensen netjes afscheid nemen als het toch niet helemaal klikte of als de rek eruit is."

Mounir weet wat vluchtelingen allemaal moeten doormaken

In huis hebben

Wat moet iemand in huis hebben om als vrijwillige taalcoach bij Vluchtelingenwerk aan de slag te gaan? De man of vrouw die die taak op zich wil nemen, moet nieuwsgierig kunnen en willen zijn, goed kunnen uitleggen en geduld hebben. Zich inleven is ook een pre. Want hoe kijken buitenlanders naar Nederlanders? Wat zijn de gewoontes? "Als een Syriër bij je op bezoek is en het is zes uur 's avonds dan zeg jij waarschijnlijk: 'nou, dan gaan we zo maar eens eten'. De vertaling van deze zin is in feite: het wordt tijd dat je gaat. De Syriër denkt dat hij mag aanschuiven", weet Schut. Slechts één koekje bij de thee? In Syrië mag je van de gastvrouw zo veel koekjes eten als je wilt.

Gouden groep

Bijna vijftig koppels zijn nu actief en de 50-plusvrouwen is de gouden groep. "Hoewel mannen en vrouwen van in de dertig zich steeds vaker aanmelden. Omdat ze vinden dat ze altijd bezig zijn met zichzelf en nu graag iets voor een ander willen doen. Een mooie ontwikkeling", vindt Schut. Wie zich aanmeldt, krijgt een intake waarin Fattal en Schut uitleggen wat de bedoeling is. In het voor- en najaar wordt een informatiebijeenkomst gehouden voor de coaches. Want nee, er is geen draaiboek om een nieuwkomer de taal te leren, wel handvatten. Verder vullen vrijwilligers die twee uur per week zelf in.

Doorslaggevend

Ideaal zou zijn als het taalproject deel zou uitmaken van het inburgeringsproces, vinden de coördinatoren. Zover is het nog niet. Het werven van vrijwilligers als taalcoach zal dan helemaal doorslaggevend worden. "Wij zetten wij ons daar met hart en ziel voor in", besluiten Schut en Fattal.