Verschil van inzicht over
boa-uitrusting blijft
HILVERSUM Nee, IJmuidense toestanden zijn er niet geweest. Dat bevestigen de Hilversumse handhavers, hun teamleider en burgemeester Pieter Broertjes. Duidelijk is wel dat de buitengewone opsporingsambtenaren (boa's) met meer 'bewapening' de straat op moeten, omdat er hier wél sprake is van dreigende situaties, alleen variëren de gedachten over hoe die betere uitrusting eruit moet zien.
Zelf geven de Hilversumse handhavers aan met een wapenstok op pad te willen gaan om zichzelf te kunnen verdedigen als dat moet. Daar waren hun collega's uit IJmuiden op Hemelvaartsdag bij gebaat geweest toen een groep jongeren hen mishandelde. Dinsdag liet de Hilversumse burgemeester op het Stationsplein weten dat hij vindt dat de boa's een bodycam moeten krijgen en eventueel pepperspray. Geen nieuwe boodschap van Broertjes. Dat roept hij al zeker anderhalf jaar. Een wapenstok gaat hem te ver. Het geweldsmonopolie ligt bij de politie, waar de boa's goed mee samenwerken.
Hilversum was een van de gemeenten in Nederland waar boa's van zich lieten horen. Het moet klaar zijn met het geweld tegen de handhavers. Daarnaast moeten zij dus een betere uitrusting krijgen. Dat was de insteek van het actiemoment van de boa-vakbond. De aanleiding hiervoor was het incident in IJmuiden.
Ook in Hilversum merken de elf handhavers die in de wijken actief zijn (er zijn ook nog parkeerhandhavers in het centrum, red.), dat er zeker dreigende situaties zijn ontstaan in de afgelopen coronatijd. De boa's spreken mensen nu onder meer aan op hun gedrag, bijvoorbeeld als zij niet genoeg afstand van elkaar nemen. Volgens handhaver Ibrahim heeft dat geleid tot vervelende situaties waarin mensen 'heel boos' worden. "Soms ontstaan er situaties dat je voor jouw eigen veiligheid wil weglopen. Dat doen we niet, maar die situaties ontstaan wel. En alles wat er gebeurt, zijn we normaal gaan vinden." Meest excessieve voorbeeld dat hij geeft is het proberen in te rijden met een auto op handhavers. Dit incident vond onlangs plaats op het Langgewenst. Daar is aangifte van gedaan, aldus de boa.
Vooropgesteld, de boa's zijn blij met de steun van Broertjes. De burgemeester liet klip-en-klaar weten dat de handhavers een belangrijke taak hebben, zeker in deze coronaperiode, en dat zij hun werk veilig moeten kunnen doen. Soms komt hun veiligheid in het geding. Via de portofoon kunnen ze dan de hulp van de politie inroepen, maar die verschijnt lang niet altijd direct. Met een bodycam en pepperspray wordt het beter, maar om jezelf te kunnen verdedigen is een wapenstok nodig, luidt de wens van de boa's. Hier gaat een preventieve werking van uit, werkt effectiever om jezelf te kunnen verdedigen dan pepperspray, omdat je laatstgenoemde helemaal niet mag gebruiken als er sprake is van een groepsaanval, zo vertelt Ibrahim.
Niet alleen door de actualiteit is de roep om meer middelen goed hoorbaar. Dat heeft eveneens te maken met het steeds grotere takenpakket. In de afgelopen jaren hebben de handhavers er steeds meer (politie)taken bij gekregen, maar is hun uitrusting hetzelfde gebleven. Moet er gezien die verschuiving aan verantwoordelijkheden dan ook op dat vlak niet iets gebeuren, is de vraag die Jaco Huisman, teammanager Toezicht in Hilversum, hardop stelt. "Een corrigerend gesprek kan zorgen voor wrijving, spanning en zelfs escalatie. Een bodycam werkt de-escalerend, maar handhavers zouden een wapenstok reactief kunnen inzetten. Ik snap dat daar de schoen een beetje wringt, maar daar zou je voorwaarden en regels aan kunnen stellen. Het gaat erom dat je kijkt naar welke taak iemand heeft", stelt hij.
Het verwarrende aan de discussie is dat er geen landelijke richtlijnen zijn en dat handhavers in diverse plaatsen bijvoorbeeld al wel de straat op mogen met pepperspray en/of een wapenstok. Het laatste woord van onder meer minister Ferd Grapperhaus van Veiligheid en Justitie - die boa's niet wil uitrusten met pepperspray en wapenstok - is hierover nog niet gezegd.
Het verwarrende is dat er geen landelijke richtlijnen zijn