Hilversum helpt sportclubs die huren bij Sportfondsen met betalen forse huurverhoging

HILVERSUM - Goed nieuws voor Hilversumse sportverenigingen die huren bij Sportfondsen. De gemeente compenseert een fors percentage van de eveneens forse huurverhoging van 14,53 procent, waarmee zij eerder dit jaar werden geconfronteerd.

Het gaat in totaal om zo’n dertig verenigingen - groot en klein - die gebruikmaken van Zwembad/Sporthal de Lieberg en sporthallen Kerkelanden, de Meent of de Dudok Arena. Door die forse verhoging kwamen veel van die verenigingen in de financiële problemen. Echter, werd al eerder gemeld, Sportfondsen handelde keurig volgens de regels. De huur was namelijk net als voorgaande jaren verhoogd op basis van dezelfde methode met consumentenprijsindexcijfers (CPI). 

De Hilversumse VVD vroeg al eerder om opheldering over deze kwestie, met daarbij de vraag aan het college om de clubs (financieel) bij te staan. Tot dusver zonder resultaat. Daarom kwamen de liberalen - samen met een groot aantal andere partijen - woensdag tijdens de gemeenteraadsvergadering met het verzoek (motie) om van die 14,53 procent 8 procent te compenseren. Bij elkaar opgeteld gaat het dan om 44.000 euro (31.000 euro voor 2023 en 13.000 euro voor 2024) die de gemeente vergoedt. 

Hierdoor komt de gemiddelde verhoging voor de clubs per jaar uit op 6,5 procent, lichtte VVD-raadslid Tobias Westerneng toe. Hij gaf aan dat Sportfondsen volledig in zijn recht staat met de verhoging, maar de clubs zo net na corona wel weer de dupe zijn. Bovendien hebben meerdere verenigingen bij de liberaal aangegeven dat zij snel een algemene ledenvergadering moeten organiseren om te praten over een contributieverhoging. Het is namelijk niet gelukt de afgelopen periode om samen met de gemeente en Sportfondsen een oplossing voor dit probleem te vinden. 

Kadernota
Hoewel al snel duidelijk was dat een ruime meerderheid binnen de politiek de motie steunde, was er ook kritiek. Zo vroeg PvdA-raadslid Joop Lahaise zich af waarom de indieners van de motie niet wachten tot de bespreking van de Kadernota over enkele weken. Dan, aldus de sociaaldemocraat, kunnen alle partijen zich goed voorbereiden op deze discussie in plaats van het nu ‘ad hoc’ te bespreken.

Daarnaast meende Regie Redmeijer van Hart voor Hilversum dat voor iedereen - ook de partijen die niet huren bij Sportfondsen - de rekeningen duurder zijn geworden. “Sportfondsen is een private partij”, benadrukte zij. “Moeten wij die fout gaan herstellen?” Gertjan Postma van het CDA vroeg zich nog af of door de compensatie er elders geen tekorten zouden ontstaan. 

Duidelijkheid
Voor Westerneng was de belangrijkste reden om nu al de motie in te dienen (en niet te wachten op de Kadernota) omdat de nood bij de clubs dusdanig hoog is, gaf hij aan. Ook wil hij duidelijkheid bieden aan deze verenigingen voordat zij een ledenvergadering houden. En ja, bij ene verlenging van het contract zou Westerneng de wethouder ‘van harte’ aanbevelen andere afspraken te maken als het gaat om het doorvoeren van huurindexaties. “Maar in alle eerlijkheid: dat is met de kennis van nu.”

Wethouder Karin van Hunnik (sport) erkende dat bij het zien van die huurverhoging haar haren recht overeind gingen staan. Gesprekken met Sportfondsen leverden echter niets op. Bij de sportclubs trof zij vervolgens veel betrokkenheid aan. Maar meer dan de mededeling ‘heb geduld’ zat er niet in. De contributieverhoging waar een aantal van die clubs nu mee dreigen, maakte de situatie echter ‘schrijnend’. 

Voorschot
Daarom doet het college van burgemeester en wethouders nu iets wat normaal gesproken niet gebeurt. Op bepaalde regelingen die gaan komen maar nog niet klaar zijn, wordt een voorschot genomen. In andere woorden: er wordt een uitzondering gemaakt om deze clubs te kunnen helpen. “We gaan het regelen. En nee, dat wil niet zeggen dat andere organisaties daaronder gaan lijden.” Ook was er volgens de wethouder geen sprake van een ad hoc-kwestie. “Zeker niet, want eigenlijk zat dit al in de regelingen die wij in ons hoofd hebben. Het is alleen nog nog niet concreet.”

Uiteindelijk werd de motie gesteund door nagenoeg alle raadsleden. Alleen twee (van de zeven) Hart voor Hilversummers, waaronder Redmeijer, stemden tegen.